meerle.reismee.nl

Lang reizen is toch wel lastig é

Met ons weet je dus inderdaad nooit.

Na nog een stop in het kustplaatsje Nin, kochten we aan de Kroatische grens een wegenvignet voor Slovenië voor een maand.

1 nacht en de Postojna-grot overladen met Chinezen later, zaten we al in Italië. Dat had te maken met plotse en onverwachte woeste onweders, incompatibel met onze tentplannen.

Of hoe er toch geen zekerheden meer zijn in het leven.

Ook de pompbediende in het Sloveense benzinestation had geen zekerheden meer. Hij liet zijn blik rusten op onze vuilwitte gehavende Dacia en keek mij toen iets langer aan dan nodig. Belgium… zei hij zuchtend, met een puppyblik die verraadde dat hij nood had aan een gesprek en een schouderklopje. You know Beerschot? Jawel, hoe ken jij Beerschot? Twijfelende stilte. Heb je vroeger nog in die buurt gewerkt misschien? No. Nog meer twijfelende stilte. Op reis geweest naar België? Yes, several times a year. Echt een vlot gesprek. Daar hou ik wel van. Van vlotte gesprekken met onbekende pompbediendes. En maar blijven staren. Familie in België? No. My girlfriend lives in Belgium. Ah, daar begon de aap uit de mouw te kruipen. Oh leuk. No. I mean, she’s my extra girlfriend. You understand. Ik knikte. Daar was ie dan helemaal, de aap. Dat was ook weer te denken dat het vlotte gesprek die richting ging uitgaan. I probably shouldn’t. It’s not ok. I don’t know what to do. Hij scheen te hopen dat ik het antwoord wist. Meer dan dat schouderklopje en een empathische glimlach kon ik hem jammer genoeg niet geven. Geen zekerheden dus in ’t leven.

Of toch wel. Het is een zekerheid dat de vuilwitte gehavende Dacia tot het uiterste zal gedreven zijn. De onderkant kent nu ook wat deuken. Een akkefietje met hoge Sloveense bordures. En met een fietsdrager kan je ook wel een eindje rijden terwijl die nog plat ligt met de fietsen tegen de grond. Dat maakt wat rare geluiden maar leidt niet onmiddellijk tot totale destructie. Een immer leerrijke reis.

Italië betekende meer concreet Venetië. Steeds weer een prachtige stad, het tegengestelde ga je ons niet horen zeggen. Maar Italië betekende ook opnieuw West-Europa. En neen, dat was eigenlijk niet wat we op dit moment zochten. Plots geraakten we in een soort van reis-impasse: hoogseizoen, veel volk, exponentieel stijgende prijzen, toenemende warmte, kindjes die aangaven dat het lastig begon te worden, het was duidelijk dat een change of plans zich opdrong. Vele bestemmingsopties passeerden de revue, maar eigenlijk leek het ons wel aanlokkelijk, om na twee maanden te hebben gereisd aan een toch wel vaak hoog tempo, gewoon een beetje vakantie te nemen op gekend terrein. Aiaiai, dat was moeilijk om toe te geven aan onszelf! En zo zijn we dus aan de Belgische kust. Inderdaad, een zeer on-(t)-spannende beslissing van ons ;-)

We zijn de voorbije maanden een pak armer geworden: ons geld is weer eens op, we verloren 3 zonnebrillen, 2 koelelementen, 1 wandelstok, ½ fietsendrager, Noah’s krullen, meerdere kledingstukken en niet in het minst de maagdelijkheid van de voordien immer hagelwitte smetteloze kreuk- en deukloze dacia.

Maar we zijn de voorbije maanden ook een pak rijker geworden: herinneringen, beelden, anecdotes, een Noah die meer zelfvertrouwen uitstraalt, een Juno die nog gevattere antwoorden geeft en eindelijk op het potje gaat, fonkeloogjes voor beiden, reconnectie voor ons allen.

Er bestaan nog zekerheden in het leven.

We hebben nood aan zuurstof.

En zuurstof betekent voor ons een regelmatige break from normal life.

Dit soort leven is het leven dat we willen blijven leiden.

En nog een zekerheid: binnenkort is ons gezin twee leden rijker (cavia's :-))

Tot een volgende reis,

Meerle

‘Mama Veerle is de sterkste é, word jij morgen ook zo sterk mama Mu?’

Dag iedereen,

Bosnië.

Afgelegen grensovergang.

Rit doorheen het uitgestrekte, groene, heuvelachtige, desolate binnenland.

Een restaurant aan de kant van de éénzame weg.

Drie mannen die ons geïnteresseerd aankijken en blijven aankijken. Glimlachen.

Voor de kindjes appelsap en pannenkoeken.

Een casual gesprek in slecht Engels over de streek.

En dan verdwijnt Veerle naar het toilet met de hartjes.

Hij, diegene die het beste Engels speekt: “Tonight, you can sleep with my friend”.

Voordeel van de twijfel. Babylonische spraakverwarring in gedachten houdende.

Ik: “Thank you, that’s very friendly, but no thank you, we continue our journey to Mostar.”

Hij, verbouwereerd, ervan overtuigd dat ik hem verkeerd verstaan heb:

“No, I mean, you come and sleep with my friend and your friend also comes and sleeps with my friend”.

En vervolgens, om er heel zeker van te zijn dat ik hem goed heb verstaan:

“In this region, you have a wife, and then many women can also come”.

Hoe lang kan dat eigenlijk duren, naar het toilet gaan met twee kinderen?

Was ze ook nog even de heuveltop gaan beklimmen misschien?

De kinders weer aan ’t forceren tot spontaan fotomoment?

Aan ’t controleren of haar Marie-Jo’ke nog goed zat?

Ik, deze keer ook duidelijk:

“No thank you, I have a husband, he doesn’t want me to sleep with other men”.

Dat begreep hij, dat mijn husband dat niet zou willen.

Het leek me onnodig hem te beledigen door te stellen dat ikzelf het ook niet zou willen.

“Then maybe your friend can come alone?”

“No, it’s such a pity, she will regret it very much, but she also has a husband in Belgium”.

“You are both so beautiful”.

Ja zenne, daar kwam ze eindelijk aan.

Kom kindjes, zwaai eens naar de vriendelijke meneren.

Wat hebben ze gezegd, vraagt Noah? Oh niets, we mogen gratis in hun huisje slapen, wat een vriendelijke meneren in dit land.

Ons Bosnische verblijf eindigde, zoals het begon.

Een man in Sarajevo binnenstad.

Alleen maar oog voor Veerle.

Iets gedistingeerder was hij wel dan het trio van in ’t begin.

“My destiny is to give you pleasure”.

Ze is nog wat aan het nadenken over al die mooie voorstellen.

Ik ben benieuwd naar haar beslissing ;-)


Gelukkig had Bosnië nog meer te bieden dan aantrekkelijke mannen.

Het is een land dat ons nog lang zal bijblijven.

Naast een prachtige natuur, met ongetwijfeld mooie nationale parken, maar nog te weinig uitgebaat voor ons met kleine kindjes (of die indruk hadden we toch) en mooie steden zoals Mostar en Sarajevo, hadden we daar weer een reisgevoel (waar we anders vaak een vakantiegevoel hebben, voor diegenen die het verschil begrijpen ) door de Oosterse invloeden, de vele minaretten en het gezang uit moskeeën op regelmatige tijdstippen. De kindjes vonden dat wel grappig. ‘De meneer zingt weer zo luid’. Een pakkend land ook. Overal voel je het verleden. Wellicht omdat het land opvallend vol bezaaid ligt met witte grafzerken met als sterfdatum 93-94. Overal ook musea, die over verschillende periodes/oorlogsmisdaden handelen. In Mostar zie je films afspelen van de oude brug die kapot geschoten wordt. Vooral Noah was daar erg mee bezig. ‘Wie heeft die brug kapot schoten’ ‘waarom dan’ ‘hoeveel mensen zijn er gestorven’ ‘zijn er ook brave ridders’…

In Sarajevo wilden we graag een museum bezoeken maar na het werpen van een blik in de eerste zaal was het al duidelijk dat dit niet voor kinderen was. Noah zou er zeker wakker van liggen. Als alternatief hebben we het ‘War Childhood Museum’ bezocht. Een museum met een unieke invalshoek. In vitrines waren verschillende soorten voorwerpen te zien, van knuffelbeertjes, dagboeken tot chocoladeomhulsels. Bij elk voorwerp een verhaal, grappige, verdrietige verhalen die het leven van deze kinderen tijdens de oorlog weerspiegelden.

Bosnië was ook het land van de transformatie van Noah. Noah met korte haartjes, we moesten eraan wennen. De kapster was als kind met haar ouders gevlucht naar Duitsland, had daar een universitair diploma behaald en keerde terug naar haar geboortestad na de oorlog, waar ze jammer genoeg geen werk kon vinden met haar diploma. De meeste vrouwen blijven thuis om voor de kinderen te zorgen, omdat er nauwelijks werk is en omdat kinderopvang erg duur is. Veel vrouwen starten een eigen zaakje, kapsalon, schoonheidscentrum... zonder diploma. Zij had gelukkig wel een opleiding tot kapster gevolgd (zei ze toch, Muriel was net iets minder overtuigd toen ze haar kapsel in de spiegel bewonderde ).

En we blijven wandelen. De verhalen over de cavia’s zijn verminderd. Nu gaat het over vechten, ridders, oorlogen en de Titanic die gezonken is. No comment. Soms vraag ik mij af waarom ik bepaalde verhalen heb verteld .

Gelukkig nu geen geruzie meer over wie in welke draagzak moet. Het is duidelijk. Noah zijn mannelijke delen doen pijn in de grote draagzak dus Juno moet daarin en mama Mu kan die draagzak niet dragen, dus Juno moet op mij. Omdat mama Mu niet zo’n sterke spieren heeft. Daar kan ze mee leven. Wel hoopt ze op het groter worden van mama Mu haar spieren, zodat ze toch nog eens op haar kan zitten.

En ze blijven flink. Af en toe een scène op straat. Maar het valt zeer goed mee. Wel twee keer een scène in Mostar, op de oude brug, die gelukkig hersteld is door de brave ridders, Juno, nog niet akkoord met het huidige rugzakken beleid, snotterend, dramaqueen non verbale taal en tierend ‘ik wil op mama Mu (langgerekte pijnlijke u).

Daar werd duidelijk dat de opvoeding in Bosnië nog niet die is van praten en onderhandelen. Juno kreeg van de aanwezige winkel- en horeca-uitbaatsters vuile blikken toegeworpen vergezeld door een berispende vinger en een ‘neen’. Daar waar ik soms het gevoel heb in België vuile blikken te krijgen bij een wenend/lastig kind, is het hier wel een verademing dat de echte schuldige bekeken wordt .

Ook ons inpraten op Noah die Juno wilde attaqueren met een vork werd onderbroken door de ober die kort en streng ‘neen’ zei en de vork afpakte. Dan maar eten met de handen. Voila. Zo kan het ook. Kindjes instant braaf.

Het zinken van de Titanic doet er mij jammer genoeg aan denken dat er nog vervoersmiddelen aan het zinken zijn, met name een witte Dacia met aanhangsels. Onze fietsendrager blijft status quo maar onze achterruitruitenwisser heeft het wel begeven (lees, afgebroken bij het installeren van de stoute fietsendrager). Gelukkig hechten we beiden niet veel belang aan ruitenwissers en al zeker niet als die zich bevinden aan een ruit waar we tout court niets door zien. Hij zou namelijk dringend een wasbeurt moeten krijgen, en bovendien ligt er een stapel pampers, wc rollen, kussens, en tijdens de reis verworven speeltjes voor. Nochtans is onze mooie Dacia-koffier voor de rest superordentelijk geschikt, al zeg ik het zelf .

Misschien moeten we als vaste rubriek naast de cavia ook de teloorgang van de Dacia en aanhangsels opnemen.

Na Bosnië was er twijfel over de volgende bestemmingen. Slechte weersvoorspellingen voor Servië, Hongarije en Slowakije. Te warm en te zuidelijk richting Macedonië en Bulgarije (sorry Winfried en Nellie, zal voor een volgende reis zijn, toch bedankt voor jullie Bulgaarse avond, we herhalen die heel graag nog eens ) Wild doen en helemaal naar het noorden trekken, richting Scandinavië was ook een optie. Maar we zaten in een mooie regio, dus het zo ver gaan zoeken leek ons niet nodig.

Waarom dan niet terugkeren naar waar we het goed hadden en het klimaat ideaal is, lees zonnig met een aangenaam windje. Dus terug naar Kroatië, een bestemming met een ideale combi water, bergen en stadjes. Na wat opzoekingswerk werd de bestemming het eiland Hvar. Hier verbleven we voor de eerste keer tijdens deze reis een ganse week op één plek. Niet veel vernieuwends gedaan. Mooie strandjes ontdekt, prachtige steden (Stari Grad en Hvar) gezien en mooie natuur mogen bewonderen tijdens een aantal wandelingen. Hvar biedt eindeloos veel mogelijkheden.

Hierna gaat het richting Slovenië, waar we in het begin van de reis onder de indruk waren van de natuurpracht en meer van willen ontdekken.

Of wellicht richting Slovenië, met ons weet je nooit.

Tot een volgende!!!

Meerle

"Wij gaan nog lang niet naar school é mama"

Dag allen,

Een tekstje vanuit het gras in de Montenegrijnse bergen, Durmitor Nationaal Park, met "Maître Gims" op de auditieve en "Bobotov Tuk" op de visuele achtergrond ; er zijn slechtere omstandigheden om de wacht te houden over twee slapende wittekopjes.

Is me dat hier weer een land van landschappelijke superlatieven - het zal moeilijk worden om een dergelijk toppertje te overtreffen de komende maanden!

Onze allereerste indruk van Montenegro, of toch van Montenegrijnse mannen,was nochtans niet geheel positief.

Mini-relletje met mezelf en de opdringerige verhuurder van de boot - die hield niet zo erg van vrouwelijke tegenspraak - zijn collega gooide het dan maar over een andere boeg en dacht het ijs te kunnen breken door ostentatief met Veerle te beginnen flirten - you most beautiful most sweet woman of the world - bijna had ze de bootsman van haar leven gevonden ;-) - fluitende voorbijgangers - toeterende auto- en camion-chauffeurs - starende blikken - ofwel was mijn felgroene all-in-one-strand-berg-stads-short te oogverblindend - ofwel zal Veerle haar sexy Marie-Jo-BH weer ostentatief geshowd hebben - het is een ware queeste om voor jullie foto's te selecteren waarop ze die niet van alle kanten laat zien ;-)

Maar na die eerste dag, zagen we vooral een ander Montenegro:

Spontaan voorrijdende chauffeurs, wanneer we voor de zoveelste keer de weg niet vonden.

Een koffie of rakija.

Een fles wijn.

Een avondmaal. Zomaar.

Een kampeerplek in de tuin. Ongevraagd.

Dus ja, Montenegro, machismo, maar ook spontane vriendelijkheid en gastvrijheid.

We startten ons verblijf in de baai van Kotor - vooral het dorpje met dezelfde naam vonden we ongelooflijk charmant - reisden vervolgens door naar Lovcen Nationaal Park - aaaah - beginnende bergen - en oef - buitentemperatuur van tien graden lager - naar lake Skadar - in de vorm van een dolfijn met zijn kop in Albanië en zijn staart gevuld met waterlelies in Montenegro – prachtig – om tenslotte te eindigen in Durmitor Nationaal Park - mijn persoonlijke favoriete stop op deze reis - hoge bergtoppen - frisse lucht - hevige onweders en flitsende bliksems - met telkens opnieuw het doorbreken van de zon die de pieken tot hun recht laat komen - als er iets is dat een instant geluksgevoel opwekt...

Maar ik ga te snel.

Flashback naar Kroatië - eilandverhalen en -anecdotes.

Helemaal den dada van Veerle – daar gaat ie dan – hopelijk slaagt ze erin het wat kort en bondig te houden – ik denk het niet ;-)

Van Okrug Gornji (schiereiland bij Trogir) reisden we naar het eiland Korcula.

Daar logeerden we in een heel leuk appartement, in het dorpje Lumbarda, met zicht op zee. De eigenaar, Zoran, een Kroaat die 10 jaar in Nederland had gewerkt, kwam frequent praatjes maken met ons en N en J. Leuk voor hen dat iemand hen eens verstond, voor ons opletten geblazen: roddelen of opmerkingen maken genre “zo’n mottige keuken”, “er is geen wasmachine of wat”, “waar is de living, er is gewoon geen living” tijdens de rondleiding waren jammer genoeg niet meer mogelijk.

In ruil voor de mottige keuken en het ontbreken van de living, mochten we Zoran’s mooie kayak gebruiken.

Kayakken met de kindjes verliep vlot. We vonden het al een prestatie dat we er tout court in geraakten (na het kayaktochtje in Bled waar de kindjes continu bang waren en duidelijk onze vaarkunsten niet vertrouwden). We slaagden erin anderhalf uur aan één stuk te kayakken. Zelfs een stormpje was hen niet te veel.

Toen de storm wat te hevig werd en het wat te lang begon te duren was de Marie-Louise in repeat modus de redding (alhoewel de hit al snel werd omgedoopt tot de Camille-Louise - hun nichtje).

Hierbij wel de volgende opmerking/tip:

Vertel aan een driejarige enkel verhalen die je 1000 keer wil herhalen. En doe dit zeker als je weet dat je gedurende anderhalf uur niet kan weglopen en je partner ermee kan opzadelen.

Het verhaal van tante Li (beetje anonimiteit, nu zijn er nog 2 opties ;-) ) die kaka deed in het Como-meer omdat ze het niet meer kon inhouden op de pedalo (ze was toen minderjarig ;-) ), was niet zo’n goede keuze (voor de mensen die ons goed kennen, is het niet moeilijk om te raden wie zo’n verhaal zou vertellen en bijgevolg over welke tante het gaat ;-) ). Gans de kayaktocht hebben we het verhaal moeten herhalen. ‘Tante Li heeft kaka gedaan in het water é mama’. ‘Ja é mama, dat doe je niet é, kaka in het water.’ ‘Heeft tante Li echt kaka gedaan in het water mama?” ja, schat, tante Li heeft dat echt gedaan. Er zijn nog wel gênante verhalen over die tante Li.

Zoran en andere eigenaars die via booking of airbnb hun huis/appartement aan ons verhuren, weten gelukkig niet wat er met hun inboedel gebeurt zodra ze verdwijnen.

Eerst moeten er bedden worden verschoven en gebarricadeerd (tafels, zetelkussens, stoelen, strijkplanken, antieke nachttafeltjes op hun zijkant, alles kan hiervoor dienen). Vervolgens wordt al het overtollige meubilair op elkaar of in een aparte ruimte gepropt zodat we wat meer ruimte hebben. Keukenkasten worden herschikt zodat al ons gerief erin kan. Een hoekje in de tuin verandert in een heksensoepje. Aarde, steentjes, stokjes, slakjes…, alles vliegt erin. Een glas wordt gevuld met een giftig drankje (jammer genoeg blijft dat glas nadien ook een verdacht kleurtje behouden), een glazen pot wordt omgetoverd tot aquarium, een boom wordt gekamd (een foto zal dit illustreren), plantjes worden herplant.

We doen echt ons best om onze kroost in de gaten te houden, maar ons allesziende oog mist ook soms wat…

Maar geen nood, op het einde wordt alles mooi teruggezet, er wordt mooi gekuist, de boom zijn haren worden weer in de plooi gelegd, steentjes worden verwijderd uit de heksensoepjes… Op airbnb worden we altijd aangeraden als bezoeker, we krijgen wel geen opmerkingen over hoe proper we zijn, maar wel de opmerking dat we altijd lachen en vlot communiceren. Dat is ook goed.

De ritten van Okrug Gornji naar Korcula en van Korcula naar de baai van Kotor waren trouwens prachtig. Na elke bocht volgde een nog mooier uitzicht.

De grensovergangen verliepen tot nu toe altijd vlot. De horrorverhalen van urenlang aanschuiven zijn ons gelukkig bespaard gebleven.

Het rijden is soms wel een uitdaging. Smalle straatjes waar je met zeer veel precisie moet maneuvreren bij het verschijnen een tegenligger (weet dat er vaak geen reling is en alleen maar afgrond), achteruit moeten rijden omdat de straat opeens te smal wordt, gravel roads waar de rallypiloot in mij wakker wordt en Muriel wit van angst naast mij zit (sorry Muriel, maar jij mag nooit mijn co-piloot worden, het is je niet gegeven, het rallywereldje) -> NB van MR: NMR hersenen zou de totale afwezigheid van frontale kwab zeer zeker aantonen ;-)

En die fietsendrager is natuurlijk een extra uitdaging.

De stekker was al kapot, dat wisten jullie al. Nu ook één van de zijkanten (gelukkig hebben we tape mee) ; tegen een boom rijden heeft zo zijn gevolgen ; de onderkant is ook al gehavend (als je bergaf rijdt, kan dat ding dus tegen de grond slepen, en als dat gebeurt, gaat dit gepaard met het hoge gekrijs van twee vrouwen ;-) -> NB van MR: het hoge gekrijs van één vrouw ; om je plezier te doen, zal ik nog in het midden laten dewelke ;-)).

We waren een bezienswaardigheid in de kleine straatjes van Kroatië en Montenegro. Mannen durfden al eens een minachtende blik werpen. Een Dacia, een witte dan nog wel en twee vrouwen die niet kunnen rijden (vinden we zelf niet).

Tegen dat we terug zijn, is er geen fietsendrager meer en zitten de fietsen gepropt tussen onze poepies.

Het wandelen gaat vlotter en vlotter. Noah wil altijd maar grotere stukken zelf afleggen. Jammer genoeg is dit niet altijd mogelijk: door een onweer, door onze nogal krappe timing, door onze onderschatting van de afstand. Misschien vindt Noah wandelen wel zo leuk omdat hij dan onze onverdeelde aandacht krijgt om te praten en nog eens te praten.

Hierbij aansluitend, hebben we geleerd om nooit meer beloftes op lange termijn te doen.

In een vlaag van zinsverbijstering, alles overweldigende liefde en overtuiging dat huisdieren goed zijn voor de ontwikkeling van een kind, hebben we een cavia beloofd aan Noah (die cavia zal de rode lijn worden doorheen onze verhalen, let op ;-)). Elke dag gaat het over die (verdomde) cavia. Maar schattig wel. Hij wil dus een levende. Dat wisten jullie al. Maar het moet ook één zijn die heel zachtjes aan zijn muggenbeten kan krabben (soms likken, ieuw, Muriel heb jij verteld dat cavia’s hiervoor dienen?) (cfr ook vorige blog, onze zoon maar trouwens ook ikzelf – mijn benen zijn een slagveld - zitten onder de muggenbeten)

Tijdens de zeer mooie wandeling in Kotor, begon hij er opeens over dat hij een ezel wilde hebben. Omdat Muriel het gezaag beu was, ging ze bijna toegeven aan het kopen van een ezel (sorry Muriel dat ik je daarin heb gecorrigeerd), na 5 min wenen was het ok en herpakte hij zich. ‘Ik wil geen ezel meer, wel wil ik elke dag op een ezel in Merelbeke zitten’ - wat Muriel beloofde, om opnieuw van het gezaag af te zijn, er staat iemand een leuke taak te wachten in Merelbeke ;-), dagelijks dan nog wel.

Praten lukt echter opeens niet meer in het bijzijn van meisjes. Met jongens geen probleem, dan is er sprake van een normale interactie. Maar met meisjes zien we een andere Noah. Dan regresseert hij en komt er buiten wat kreetjes, liefst zeer hoge (-> NB van MR: geleerd van Veerle? ;-)) en knorgeluiden (hij identificeert zich misschien net iets te veel met peppa big) niet veel uit. Zo erg dat een Brits meisje dat wilde spelen met hem vroeg aan mij of hij wel een tong had en kon spreken. Hij zou eens bij haar op de rug moeten zitten, ze zou wel weten dat hij een tong heeft . Doet mij denken aan een tekst die recent door een mannelijke FB ‘vriend’ werd gepost op FB: ‘The human brain is amazing. It functions 24/7 from the day we’re born and only stops when you’re taking a test or speaking to someone attractive.’

Met dit weetje eindigen we.

Geniet van de tekst (sorry voor de lengte ervan) en de foto’s en tot binnen een paar weken!!

Muvenoju

Ps

Tips voor reizen met kinderen (voor de serieuze tips gelieve andere blogs te bekijken) (er volgen er zeker nog in de volgende blogs ;-))

  • Wil je 5 minuten rustig genieten op een pleintje in een prachtige stad zoals Kotor, dan zoek je een bankautomaat, je zet je kinderen ervoor (jammer voor de mensen die nog geld willen afhalen het komende halfuur), en je zet jezelf daarnaast (lees, 1 mama zit ernaast, de andere mama kan zelfs nog meer genieten en over het pleintje kuieren).
  • Vochtige doekjes zijn absoluut iets om ALTIJD mee te hebben, is het niet om je nog steeds niet op het potje gaande koppige dochter te verversen, dan is het om je andere kind te kuisen (ook al zou je liefst weglopen) dat uitglijdt en volhangt met kaka van onbestemde oorsprong.

'Naar op reis gaan'

“Naar op reis gaan.”

Dat is wat Juno al weken loopt te verkondigen.

Wij gaan “naar op reis” en afhankelijk van haar stemming en tegen wie ze het vertelde, volgde daar dan een “en jij mag niet op bezoek komen” of een “en jij mag wel op bezoek komen hoor” op. (van muriel en mezelf mag iedereen by the way op bezoek komen )

En nu zijn we dus “naar op reis”.

Al sinds de dag dat we terug zijn van onze laatste lange reis enkele jaren geleden, kriebelde het om dit te herhalen.

Nu leek ons het ideale moment: Muriel’s opleiding (welke – ja – welke ?) is afgerond ; voor Noah leek het missen van een paar maanden in de tweede kleuterklas beter dan deze te missen in de derde kleuterklas ; Juno leek een pamperloze leeftijd te hebben bereikt en oud genoeg om niet meer te slapen overdag. Tweemaal fout: ze hebben beiden nog slaap nodig overdag en voor wat betreft die pamperloosheid, tja, onze dochter die op alle andere vlakken een rappe is, weigert steevast haar pamper uit te laten, pure koppigheid en volgens de literatuur en moderne manier van opvoeden, mogen we niet forceren. Dus haar potje wordt overal meegesleurd, maar elke keer krijgen we een ‘vanaf morgen mama’ te horen en veel geween en geroep bij elke suggestie richting potje ; wat is opvoeden een uitdaging . Soit, pot mee, in en uit de auto, in en uit elk huisje, de tent… En een gesleur met pampers en vochtige doeken overal, alhoewel die laatste sowieso worden meegesleurd. Wat een aanwinst in ons leven die vochtige doekjes, een mens zou ze moeten ontdekken vooraleer kinderen te hebben, ze kunnen werkelijk voor alles gebruikt worden.

Na een vlotte rit en goede nacht in München kwamen we aan in ons gezellig, lichtrijk, en in het groen gelegen huisje op een kleinschalige camping aan het meer van Bled.

De vlotte rit kende twee obstakels. Na enkele uren werd er wild gezwaaid naar ons vanaf de linker rijstrook (yep, wij rijden meestal rechts, en zodra het ietwat steiler gaat, hangen wij als laatste te bengelen achter de vrachtwagens op de rechter rijstrook). Alles leek ons in orde, fietsen niet gevallen, dakkoffer er nog op, deuren en ramen toe, geen ontsnapte kinderen, toch maar gestopt, bleek dat we de stekker van onze fietsendrager niet hadden ingestoken en die vrolijk op en neer lag te wippen (er was ook al een paar keer vrolijk over gereden leek ons), dus van de stekker bleef niet veel meer over (twee vrouwen samen?).

Geen lichten dus op de fietsendrager. Gelukkig staan er maar 3 lichte fietsen op (2 kinderefietsen en 1 plooifiets) waardoor de lichten van de auto nog goed te zien zijn. Een ander obstakel was een zwaar onder invloed zijnde Poolse chauffeur die voor onze neus uit zijn vrachtwagen op zijn hoofd viel. Muriel, de echte dokter onder ons, sprong uit de auto (ik volgde) en na een snelle ABCD check brachten we samen de ongecontroleerd bewegende Pool naar het gras. Tough day, tough night, zo deelde de Pool ons mede. Ondertussen raakten onze poepies oververhit in de auto. Gelukkig stelde een kinderloos koppel voor te wachten op de ziekenwagen. Onze kleren waren wat bloed, zweet, snot en vuil van onbestemde oorsprong rijker, maar een leven was alweer gered.

De daarop volgende rit stond de band op repeat (Juno zit in de herhalingsfase): de meneer viel uit de auto é, dat was niet flink é, als de mensen vallen dan moeten we ze recht helpen é.

Het kleine stukje van Slovenië dat we hebben gezien, heeft ons verrast. Vlotte wegen, groen, bergen, een platteland uit vervlogen tijden, en een goede infrastructuur voor toeristen.

We hebben niet alles kunnen doen wat we wilden. Zo was de berglift naar het Vögelgebergte gesloten wegens onderhoud en was de brug ingestort in de Vintgar kloof.

Wel hebben we kunnen mountainbiken (was de eerste keer dat we mountainbikes zagen met kinderstoelen) en kunnen ontspannen (in de mate van het mogelijke) aan het Bohinj meer (de minder toeristische versie van het meer van Bled).

Volgende bestemming waren de Plitvice watervallen in Kroatië. Dankzij het vlakbij logeren en de lange openingsuren konden we het park 2 keer per dag bezoeken, voor en na het middagslaapje. De tweede dag zijn we nog eens teruggegaan om ‘the upper lakes’ te herdoen, deze keer met beter weer. Prachtig! En zeer leuk voor de kindjes om te wandelen. Paadjes over het water, spetterende watervallen, een stok in de hand om vissen te vangen (en toeristen mee te onthoofden), foto’s met chinezen (onze kinders zijn zeer populair bij de chinezen, ook vinden ze ons erg grappig, wie draagt er nu kinderen op de rug?), af en toe een slak, een kikker…

Wat ook kan in de watervallen, is je knuffel laten vallen en mama Mu Jane laten spelen om die te redden (neen, dat vindt ze niet erg). Stond niet op hun toeristische website.

Na de Plitvice watervallen, ging het richting Pag, een schiereiland op 2-3 u rijden. Bekend om zijn kaas (niet geproefd) en om zijn woeste uiterlijk en Schotse weer. Daar zouden we kamperen, maar na 1 nacht moesten we spijtig genoeg opkrassen wegens wegstormen van de tent – wel spannende tijden voor Noah en Juno in de tent temidden van donder en bliksem - en zijn we verhuisd naar een veel te kleine mobilhome waarin we de dagen erop wel wat uren moesten doorbrengen, gezien de nog steeds voortdurende storm. Jammer, want we hadden een prachtige kampeerspot met strand voor de deur.

Wegwaaien van de tent was trouwens niet onze fout (wij zijn namelijk supergoede en ervaren tentopzetters) maar de fout van de natuurelementen: 10 beaufort (hadden we misschien moeten weten) en stenige ondergrond waar we geen piketten in kregen (onze buur had de dag erna een boor nodig – nooit aan gedacht).

Op zich was verhuizen naar een mobilhome met minder muggen niet zo’n slechte zet, want Noahs babyvelletje was al na 1 tent-nacht volledig doorprikt.

Er volgt zeker nog een nieuwe kampeerpoging, maar misschien in een minder mug-en onweersrijke regio.

Ondanks het slechte weer hebben we wel een prachtige wandeling kunnen maken. Op onze manier, weg verliezen heen en terug, ondanks het zich herhalen van rode bollen om de 10 meter, rechtdoor naar de top klauterend over de rotsen en doorheen de prikkeplanten, waar we konden genieten van prachtige uitzichten over Pag, omringende eilanden en Paklenica Nationaal Park.

En nu zijn we in Okrug Gornji, een schiereiland gelegen onder Trogir. Hier verblijven we in een ruim airbnb huis, wat welkom is na onze 2 vierkante meter grote bungalow . Hier alleen maar stralende zon.

Prachtige stranden en steden zijn hier ter ontdekking. Trogir is klein maar ideaal voor Noah en Juno. Split is een stuk groter alhoewel het toeristische centrum ook te doen is. In Split voelden we ons weer een beetje backpackers. Boot gedurende een uur om 14.30, we dachten dat het om 16u was, resultaat, Noah en Juno moeten wakker maken, dus grumpy start- en wij als galopperende muilezels door de straten om nog net op tijd puffend de boot te halen. Als we al dachten aan het maken van een boottochtje van langer dan een uur, dan is ons nu wel duidelijk dat dit niet haalbaar is. Rondtjolen met twee kinders in de hitte, en dan getjool naar de busterminal, bus op, gelukkig was er genoeg entertainment voor Noah en Juno dankzij de mensen die achter hen zaten en nog eens getjool naar ons huisje terug. Maar een leuke, mooie dag en verrassend brave kinderen, ondanks het wakker gemaakt worden en de hitte. Leuk te zien dat dit lukt.

We hebben geen buggy’s mee. Uit ijdele hoop dat de kinderen wel veel zouden stappen. (En omdat er geen plaats in de koffer was.)

Internet zegt dat een kind per dag het aantal km kan stappen dat ze oud zijn. Besluit: Juno is 6 maanden oud. Noah 8 jaar (toppie!). Muriel en ik elk minstens 1000 jaar. Toch ten minste tegen het einde van deze reis.

Resultaat, wij lopen de helft van de tijd als muilezels rond. Elk een kind op de rug. Eerst is er geruzie tussen de kinderen wie in welke draagzak mag zitten (deuter vs boba), en dan ruzie over op welk mama ze willen zitten. Als je Juno achteraan hebt, is er vaak rust. Juno kan stil genieten.Soms is er geen rust en dan bestaat een gesprek uit herhalingen, herhalingen en nogmaals herhalingen.

“Niet vallen é mama, niet vallen é mama” – in onze huidige bestemming moeten we een steile berg op en af om naar Trogir centrum te gaan - of “de boef heeft mijn sjieke zonnebril gestolen é (de kinderen spreken een grappig Gents-West Vlaamse- AN mengelmoes)” - mevrouw heeft haar zonnebril laten liggen aan Bled meer terwijl ze zei dat ze hem mee had ; les: vertrouw nooit een bijna driejarige.

Als je Noah hijgend in je nek hebt (en soms speelt hij een levende hond, waardoor hij nog meer hijgt) heb je nooit rust. In het beste geval heb je een normaal gesprek over cavia’s (levende liefst wel want daar houdt hij het meest van). In het slechtste geval gaat het over leven en dood (ik ben spiderman en kan dode cavia’s levend maken), over de knutselactiviteiten die hij voor ogen heeft (knutselen we dan 50 cavia’s alsjeblieft en ook een hokje en haar voor op zijn hoofd want dat heeft een cavia graag), over het eten dat hij wil kopen voor de cavia’s (caviachocolade, korrels voor de poezen, want volgens Noah zijn dat gewoon een soort cavia’s op de verpakking) enzovoort enzovoort. Nooit stil met onze zoon.

Dan is er ook nog de zak met petjes, zonnebrillen, truitjes, voldoende eten, drinken, alles voor de kindjes. Wij hebben geen truitjes mee, geen eten, en sparen het water uit onze mond. Zo is dat.

Ps 1 dit zou een korte tekst worden, maar wie ons al een beetje kent, weet dat wij de episteltypes zijn. Als dit te lang is, sla dan maar over en kijk gewoon naar de foto’s.

Ps 2 Overdrijvingen zijn ook onze stijl. 10 beaufort is 5 beaufort bijv

Ps 3 We laten uiteraard voor jullie entertainment de minder leuke stukken eruit. Het slaan van Noah op Juno, het gaan zitten midden op straat omdat de beentjes te moe zijn, het niet willen eten… Maar al bij al mogen we niet klagen. Ze zijn flink maar nog altijd kindjes natuurlijk. En waar we enorm geluk mee hebben, is dat ze echt overal slapen. Super! (in tegenstelling tot ons). Hetzelfde geldt voor de foto’s. Wij slagen er soms goed in om ons als enige toerist te laten verschijnen op de foto’s. Goed mogelijk dat er achter ons een rij staat aan te schuiven, dat we mensen verdringen, of zelfs verdrinken… alles voor de foto. Ook goed mogelijk dat vlak voor of na de foto Noah zijn zus sloeg, Juno in het oog van Noah prikte, … Wij slaan gelukkig niet op elkaar of op onze kinderen (mag niet, praten is de boodschap - dat heeft noah toch al geleerd van ons).

Tot een volgende!

Vele groetjes aan iedereen.

Chili en Argentinië - deel 2 - el norte bonito

Vanuit het bruisende, dansende Buenos Aires namen we een 19-uur-durende eerste klasse bus naar Puerto Iguazu.
Aan luxe geen gebrek in deze bus! De ruime zetels konden bijna 180 graden plat liggen, de privé tv'tjes boden een ruime keuze aan films aan en het aanbod aan eten en champagne was overvloedig. Ons avondeten kregen we volgens Argentijnse gewoontes rond 22u30 en bestond uit 3 pakjes die letterlijk op onze schoot werden gegooid. De kunst was om deze op elegante wijze te openen,te ordenen en te verorberen. Muriel had geluk, dit zou de enige keer zijn dat de gevraagde vegetarische maaltijd wel degelijk vegetarisch was. Blijkbaar is het begrip 'vegetarisch' toch wel heel moeilijk te verstaan in deze contreien...

Vanuit Puerto Iguazu bezochten we de Iguazu watervallen, het grootste watervallen complex van Zuid-Amerika, gelegen op de grens van Argentinië en Brazilië. Gezien we maar niet genoeg konden krijgen van de overweldigende schoonheid van de watervallen, gingen we ze gedurende 2 opeenvolgende dagen bewonderen.
Het gaat hierbij niet enkel om de watervallen die indrukwekkend zijn, maar ook om de prachtige jungle omgeving en de vele wilde dieren (in ons geval vooral schattige dieren :-), zie fotos) die gespot kunnen worden. De watervallen kunnen bezichtigd worden vanaf kilometerslange wandelpaadjes. Zo is er onder andere het hoge wandelpad dat ons prachtige zichten gaf over de jungle en de watervallen, het lage pad dat je tot heel dicht bij de indrukwekkende watervallen bracht en dat de nodige afkoeling gaf in het tropische klimaat en het uitzichtspunt 'Garganta del diablo (keel van de duivel) waar talrijke watervallen met immense kracht de diepte instorten. Allemaal even prachtig!
Het stadje Puerto Iguazu zelf stelt niet zo veel voor. We zullen er echter wel twee herinneringen aan overhouden: ten eerste de zalig lekkere lokale vissen (pacu, surubi en dorado) en ten tweede een nacht vol jeuk en vuilniszakken. Dit laatste ging als volgt: de derde nacht moesten we wegens wateroverlast onze kamer inruilen voor een andere, wat groezelig en vuil ogende ruimte. Na een tijdje echter lagen we ons beiden dood te krabben. Uit pure armoede zijn we dan maar naakt op onze matjes gaan liggen, met vuilniszakken op, onder en rond ons tegen de koude, uit angst om onze kledij en slaapzak te besmetten met mogelijke beestjes ;-) Of er echt beestjes waren of het ging om jeuk van puur psychische oorsprong blijft een raadsel...

De volgende dag vertrokken we doodmoe met een, deze keer duidelijk minder luxueuze en minder vegetarische, 24-uur-durende bus richting Salta, gelegen in het noordwesten van Argentinië.
Salta ligt te midden van een prachtige omgeving. Er zijn tal van mogelijkheden om zowel het noorden als het zuiden te verkennen. Wij kozen ervoor om zonder tour (herinnert u zich onze allergie hieraan?) het zuiden te bewonderen en trokken naar Cafayate, gelegen te midden van de wijnvelden, bekend om de prachtige 'Quebrada de las flechas' en 'Quebrada de las conchas'. Deze laatste hebben we te voet verkend. We lieten ons 's morgens door de bus afzetten te midden van de quebrada en namen in de namiddag na 30 km wandelen de bus terug. Het was een warme, lastige maar prachtige dag. In Cafayate bezochten we 3 bodegas waarna we superfan zijn geworden van de Torrontes druif :-) We hebben er naast de avocado en pisco sour dus een derde vriend bij :-)

In Cafayate sliepen we in een zeer gezellige hostel, gerund door een alleenstaande man en zijn 3 honden. 's Avonds kookte de eigenaar samen met zijn vrienden gratis en voor niets voor de hele hostel empanadas (gevulde (blader)deeg koekjes met kaas, vlees,...). We hadden er een heel gezellige avond met onze medehostelbewoners waaronder een ietwat geschift Sloveens duo. Laat ik mij even het eerste contact met de Sloveense jongen beschrijven. Eerste vraag van die jongen: Do you have or do you know where to buy marihuana? Tweede vraag: Do you want to rent a car together? Ons antwoord spreekt voor zich neem ik aan :-)
Vanuit Cafayate trokken we opnieuw richting Salta van waaruit we de bus namen terug naar Chili, naar San Pedro de Atacama in het noorden. Deze rit was gewoonweg prachtig. We reden doorheen de groene vlaktes, doorheen een droog en woest gebergte om uiteindelijk doorheen de zoutvlaktes de grens over te steken.
San Pedro de Atacama vonden we fantastisch. Het is een klein en erg toeristisch maar gezellig dorpje van waaruit er oneindig veel mogelijkheden zijn om de prachtige omgeving te verkennen. Omdat de afstanden te groot zijn moet je hier meestal een tour voor nemen (helaas helaas). We hebben dan ook ons uiterste best moeten doen om onze 'zen-modus' te activeren. Te laat vertrekken? Geen probleem. In de groep blijven? Super! Snel uitstappen om op zijn chinees vlugvlug een foto te nemen en daarna terug de bus induiken? Top! Te laat aan het prachtigste zonsondergang-uitkijkpunt aankomen omdat de dwaze gids de tijd niet in de gaten kan houden? We love it! Een irritante gids die op het einde zegt dat de fooi niet is inbegrepen? Euh... neen, die fooi is er niet gekomen, zoooo zen zijn we ook niet nee :-)
De eerste dag boekten we een tour om in de vroege uurtjes de Tatio Geysers te bezoeken, gelegen op 4200 meter. We hadden hier prachtige fotos van maar wegens virus-besmetting (dank u Santiago), kunnen we ze niet meer openen. Hopelijk kan iemand die hier meer van afweet dit herstellen thuis. We denken hierbij meer specifiek aan ene Sean? Ja? Sean? :-)
´s Avonds trokken we richting maanvallei voor de zonsondergang. Ongelooflijk mooi! Het deed ons zeer veel plezier om onze zen-modus definitief uit te schakelen, de duinen op te crossen en zo de groep in de verte achter te laten, en ver weg van iedereen te genieten van de ondergaande zon. Het deed ons ook zeer veel deugd dat we daar als allerlaatste mens op aarde achterbleven, en we uiteindelijk terug naar beneden moesten crossen om toch nog de bus te halen. Te laat te laat. De gids was niet blij. Wij wel.
De volgende dag besloten we de vulkaan Lascar, met een hoogte van 5592 meter, te beklimmen. Gezien we de enige geïnteresseerde toeristen waren (onbegrijpelijk), bleken we een ware prive tour te krijgen, begeleid door een ietwat geschifte maar toffe chauffeur en gids. Deze dag was voor ons allebei één van de hoogtepunten van onze reis en een absolute aanrader! Mooi mooi mooi en ongelooflijk verlaten!
De laatste dag sloten we af met een tour naar Laguna cejar, een meer met een hoge concentratie aan zout waardoor we konden drijven, te midden van een surreëel prachtig landschap. Vervolgens reden we naar een zoet meer om ons af te spoelen en eindigden we de dag met zonsondergang vergezeld van een pisco sour aan het fantastische laguna tebenquiche.
Met toch wel een beetje spijt in ons hart verlieten we San Pedro de Atacama, voor de langste busrit die we namen, gedurende 36 uur, richting Pucon, in Noord-Patagonie.

Ondertussen hebben we Pucon weer achter ons gelaten en zijn we terug in Santiago van waaruit we binnen een paar uur vliegen naar het Paaseiland.
Verslag over Pucon en Paaseiland volgt volgende week!

Vele groetjes, kusjes en knuffels van Meerle!
xxx

Chili en Argentinië - deel 1

Hallo iedereen,

Ondertussen zijn we weer wat verder gevorderd op onze reis.

Vanuit Bolivië vlogen we naar Santiago, de hoofdstad van Chili. Daar volgden eerst enkele reünie-dagen met de familie van de Chileense schoonbroer van Muriel. Kwestie van live de groeten over te brengen vanuit Europa:-) Doordat Veerle er direct na aankomst bij de Chileense familie in slaagde om in haar hand te snijden met een stuk gebroken glas, kregen we al onmiddellijk een snelcursus Chileense huis-tuin-en-keuken-geneeskunde aangeboden. In een mum van tijd werd een ei uit het hoenderhok gehaald, werd het gebroken en werd het bloeden gestelpt met het witte velletje uit de eierschaal. Een volwaardig alternatief voor een drukverband zo blijkt:-)

Nadien namen we de nachtbus richting Patagonië.

Onze eerste stop was Puerto Varas, een schattig Zwitsers-aandoend dorpje aan een meer aan de voet van de Osorno-vulkaan. Ons doel was om deze perfect conisch gevormde witte sneeuwtop te beklimmen, maar dat bleek in dit seizoen te gevaarlijk te zijn omwille van de (slecht zichtbare) gletsjerspleten. Zonde, want hij lag daar zo mooi in de zon te blinken! We maakten er dus gedurende enkele dagen enkele 'gewone' wandelingen aan de voet van de vulkaan en rond het meer. Ontspannend en vakantiegevoel-gevend, maar we waren toch meer op zoek naar een een uitdaging...

Dus trokken we verder naar het woestere zuiden van Patagonië.

Tijdens deze tocht kregen we voor het eerst zicht op de prachtige steppelandschappen van Patagonië, met duizenden grazende schaapjes en pasgeboren lammetjes. Geen huizen, geen mensen, enkel de natuur en de eeuwig gierende wind, dit is echt het einde van de wereld!

Onze eerstvolgende stop was Puerto Natales. Van daaruit vertrokken we op 5-daagse trekking met de tent in het nationaal park Torres del Paine. Daar kregen we voor het eerst echt te maken met de woeste weersomstandigheden waarvoor Patagonië is gekend. Stormwind, vriestemperaturen, ijs, sneeuw, mist, gewone en hagelregen, we got it all. Met tussendoor toch ook wel eens een zalig zonnetje kwestie van op adem te komen en eens rond te kunnen kijken naar alle natuurpracht! De tent kon de druk met brio aan, wij hadden het van tijd tot tijd wat moeilijker, maar we kregen wel de uitdaging voorgeschoteld waar we zelf om hadden gevraagd:-) Veerle (alweer Veerle) werd op de laatste dag zelfs bepakt en gezakt door een rukwind omver gegooid en ze kwam temidden van de koeienkaka op de grond terecht. Ze werd echter voor al dit lijden beloond met een zeer lekkere pizza en bijhorende pisco sour bij terugkomst in Puerto Natales.

Nadien staken we de Argentijnse grens over, tot aan El Calafate. De landschappen tijdens de busrit waren alweer buitengewoon mooi en eenzaam en woest en wijds.

El Calafate zelf is een gezellig dorp, vol restaurantjes en cafétjes. Dé attractie in de buurt El Calafate, is de reusachtige Perito Moreno gletsjer in het zuidelijke gedeelte van het nationaal park Los Glaciares. Het zien en horen afbreken van grote stukken ijsberg die in het water crashen is echt een spectakel!

Nog enkele mooie busuren brachten ons vervolgens in El Chaltén, gelegen in het noordelijke gedeelte van het nationaal park Los Glaciares. Daar wandelden we in de regio van Mount Fitz Roy, een beruchte klimrots, en waagden we ons voor de eerste keer aan een dag ijsklimmen. Zaaaaaalige sport vonden we dat! Zoals rotsklimmen maar dan met crampons aan de voeten en ijspikkels in de handen. Zeer lastig. Maar erg leuk en dus zeker voor herhaling vatbaar in Europa :-)

En van daaruit konden we tenslotte een goedkope vlucht nemen die ons rechtstreeks van onder het vriespunt naar 30 graden erboven bracht, naar de hoofdstad van de tango, naar Buenos Aires...

We hadden het geluk in Buenos Aires te verblijven tijdens het weekend en op die manier dus ten volle te kunnen genieten van alle straatambiance met dansende tango-koppels, muziekbandjes, verklede mensen, marktjes, sfeervolle wijken,... Heel erg leuke stad!

Vanavond vertrekken we in de richting van Noord-Argentinië, de temperatuur zal dus nog wat stijgen :-)

Wordt ongetwijfeld vervolgd.

Groetjes!

Meerle

Bolivia

Hallo iedereen,

Na een kleine twee weken in Bolivie te hebben verbleven, is het tijd voor een kort berichtje.

De vlucht naarLa Paz verliep niet zonder slag of stoot, gezien deAmerikaanse douane-ambtenarenbijonze tussenstop in Miamions profiel uiterst verdacht vonden.

Waren het onze mooie flashy trekkingkleren waar ze wellicht jaloers op waren, ons verdachte samenwonen, onze vele exotische Afrikaanse visum-stempels, onze Bolivie-bestemming, Veerles stralendeglimlach of een combinatie van alle, we zullen het nooit weten, maar in ieder geval vonden ze dat we verdacht genoeg waren om voor enkele uren in voorlopige bewaring te nemen, tot ze er volledig overtuigd van waren dat we toch zeker geen crimineleacties zouden uitvoeren tijdensde tussenstopin hun vooruitstrevende apenland.

De aankomst inLa Pazverliep een stuk vriendelijker. We besloten onze vlucht-reis nog watte verlengenen direct door te vliegen naar Sucre, kwestie van wat rustiger te kunnen acclimatiseren.

Sucre is Bolivies mooiste stadje en ligt op een hoogte van 2750 meter, in een vallei omgeven door licht glooiende bergen. Wanneer je op het dak van de oude Convento de San Felipo Neri staat, heb je een prachtig uitzicht over de witte koloniale gebouwen, de koepel van de kathedraal en de vele kerktorens. We zijn daar dan ook de volle twee namiddagen in het zonnetje gaan zitten met onze boekjes. Lastig zo, dat acclimatiseren :-)

Na een drietal dagen zijn we met de bus doorgereden richting Tupiza, in het zuiden van het land. Ter hoogte van Potosi, een mijnwerkersstad, hadden we het genoegen om kennis te maken met de beruchte wegblokkades van stakende mijnwerkers. Gelukkig werd onze bus slechts een paar uur opgehouden, en niet een paar dagen, wat ook gerust had gekund volgens onze medepassagiers. De lentezon scheen, de uitzichten waren mooi, en we hadden een grote voorraad lectuur en koekjes mee, dus al bij al was onze onverwachte tussenstop wel aangenaam ;-)

Uiteindelijk zijn we dan toch in Tupiza aangekomen.Dit stadjeligt op 2950 meter, temidden van een western landschap, met rode canyons, stoffig woestijnzand en condors diein defelblauwe luchtrondcirkelen. Een ideale omgeving om te paardrijden (wat Veerle duidelijk beter onder de knie had dan ik) en te wandelen, wat toch meer mijn dada is ;-)

Van daaruit vertrokken we enkele dagen later op jeep-tour richting Uyuni. We reden eerst door het prachtige Mexicaans aanvoelende Lipez-gebied en vervolgens doorheen een magisch maanlandschap met roze flamingos, lagunes in allerlei kleuren, geisers en warmwaterbronnen. De laatste dag tenslotte was het hoogtepunt, met zonsopgang en fotoshoots in de Salar de Uyuni, een gigantische zoutvlakte. We laten hierbij de fotos spreken...

Vanuit Uyuni bereikten we terug La Paz, op 3660 meter hoogte.

La Paz vinden wij een leuke stad, levendig en gevarieerd. We bezochten hier onder andere het Museo de la Coca, dat op een boeiende wijze de rol van coca in de traditionele plaatselijke cultuur, de godsdienst, ...weergeeft. Leuk weetje: in de huidige coca-cola worden nog steeds coca-bladeren gebruikt als smaakversterker. De cocaine hebben ze er echter verplicht uit gehaald sinds 1914.

Ondertussenis Veerle perfect geacclimatiseerd, en loopt ze de hellingen en bergen op als een berggeit. Ikzelf blijf echter maar last hebben van toch redelijk uitgesproken kortademigheid bij de minste inspanning. Hier had ik tevoren op grotere hoogtes in de bergen in Europa of Nepal nooit last van, dus dit verwondert mij wel wat. Ons oorspronkelijk plan was om een 5-daagse klimcursus te volgen in de Andes. Ik vermoed echter niet dat ik nu niet in staatzou zijnom op5000 metermet ijspikkels in gletsjers te gaan slaan. Om die reden hebben we besloten om de Andes voor het ogenblik te laten voor wat ze zijn (met pijn, veel pijn in het hart). Het voordeel is dan weer dat we meer tijd zullen kunnen doorbrengen in het (veel lager gelegen) Chili en zo extra tent-trekkingen gaan kunnen doen in Patagonie. En dat is dan natuurlijk weer fantastisch! Bovendien ligt het individuele rondtrekken in denatuur ons toch een stuk meer (en dat kan perfect in Chili) dan het rondtrekken met een gids en andere begeleiders, wat in Bolvie obligaat is.

So far so good. De wereld is mooi.

Tot de volgende keer maar weer!

Liefs,

Meerle

Zuid-Afrika

Hallo iedereen!

Wij zijn terug sinds vorige week, gezond en wel, en bovendien in het bezit van een nieuw Rwandees toeristenvisum. Dit werd zonder problemen uitgereikt door de Rwandese ambassade in Zuid-Afrika waar ze ons hartelijk hebben ontvangen, ondanks onze 'vreselijke' Belgische nationaliteit en waar ze mij een multiple entry visum voor 3 maanden hebben gegeven, zomaar, omdat ik het in mijn brief vriendelijk had gevraagd. Het leven kan toch soms gemakkelijk en aangenaam zijn. Wat een verschil met wat we de laatste weken in Rwanda hebben meegemaakt!

Zuid-Afrika is veel. Prachtig, afwisselend, zonnig, boeiend, hartelijk, beestig, rijk, arm, veilig, crimineel, en vooral een vraagteken.

Reeds lang stond Zuid-Afrika op mijn reizen-verlanglijstje, en dit voornamelijk door de prachtige en indrukwekkende natuurbeelden die je te zien krijgt op folders, posters, televisie, google afbeeldingen, ... Het land hadden we echter afgeschreven als bestemming wegens angstwekkende verhalen die de ronde doen over alleen reizende vrouwen die het slachtoffer worden van de gruwelijkste misdaden. Door mijn visum-probleem zagen we Zuid-Afrika echter meer en meer als bestemmings-optie, gezien het land relatief gemakkelijk te bereizen valt en aangezien het reizen er goedkoper is dan in vele andere Afrikaanse landen. Na het informeren bij familie en vrienden, en het lezen van prachtige reisverhalen, hebben we ons over de horrorverhalen heen gezet en besloten dit land te veroveren. En gelukkig maar!!!

De natuur in Zuid-Afrika is magnifiek en vooral zeer afwisselend: de prachtige savannes in Krüger National Park, de ruwe Drakensbergen, de wilde kust en de prachtige azuurblauwe zee langs de Garden Route en de omgeving van Kaapstad, de uitgestrekte wijngaarden rond Stellenbosch, de semi-woestijn in de kleine Karoo... Elke autorit bracht ons precies in een nieuw land met een compleet ander uitzicht, vegetatie, overheersende taal,...

We hebben enorm genoten van ons verblijf in Krüger National Park. Dit park is wellicht het bekendste wildlife national park van Zuid-Afrika en beslaat een oppervlakte van 2/3 van België. We hadden nooit gehad dat we zoveel plezier zouden beleven aan het rondrijden en ‘spotten' van dieren. Het grote voordeel aan dit park is dat je de meeste wegen met een gewone auto kan betreden, waardoor je geen georganiseerde tour hoeft te boeken en helemaal op je eigen tempo kan rondcruisen. De eerste dag waren we al in de wolken omdat we drie koppels leeuwen hadden ‘gespot'. Een kleine opmerking bij het ‘spotten': dit staat eigenlijk meestal gelijk aan het stoppen bij andere auto's die voor jou gespot hebben :-). De tweede dag kon ons geluk al helemaal niet meer op, dankzij het luipaard, véél olifanten, giraffen en zebra's, een mama en kindje neushoorn een een grote troep leeuwinnen met welpjes. Nu moeten we in alle eerlijkheid toegeven dat we af en toe toch ook wel bang waren. De troep leeuwinnen kwam echt in oorlogsformatie op onze auto af, wellicht omdat wij alleen waren en zij welpjes onder hun hoede hadden. Onderschat vooral nooit vrouwen, mens of dier, want ze zullen hun kinderen tegen elke prijs beschermen!We zijn toen mooi braaf achteruit blijven rijden (lees: Muriel reed met gierende banden in zigzag achteruit, zoals we van haar gewend zijn, terwijl ik alle clichés over flippende vrouwen - volgens Muriel toch - bevestigde en bijgevolg het foto-moment van ons leven heb laten voorbij gaan) tot er een aantal andere auto's langs kwamen, die initieel nogal lacherig reageerden, maar na enkele ogenblikken ons voorbeeld toch maar mooi volgden. Na enige tijd was de auto-overmacht wellicht te groot geworden, en gingen de leeuwen dan toch maar van de baan, zonder ons echter ook maar een ogenblik uit het oog te verliezen. Ook hadden we af en toe een bang hartje bij het zien van overstekende olifanten (remember het horrorverhaal over de geschifte olifant in Akagera?) en toen een neushoorn opeens zeer wild op een andere auto afliep. We sliepen in twee verschillende ‘rest camps' met prachtige uitzichten. In de eerste overnachtingsplaats (voor de mensen die er al geweest zijn, het gaat hier over ‘Lower Sabie') konden we bij zonsondergang genieten van een glaasje wijn en het schouwspel van een kudde olifanten die zich klaar maakten voor de nacht, en dit op een paar meter van ons terras.

Met een voldaan gevoel en een rugzak vol herinneringen (dit is erover hé?) hebben we Krüger achter ons gelaten en zijn we richting Drakensbergen vertrokken. In Drakensbergen zijn er oneindig veel mogelijkheden om te wandelen en kan je overnachten in hutten, grotten, je eigen tent... Na wat twijfelen, kozen we voor een dagwandeling naar het ‘amphitheatre' (voor mooie foto's raden we jullie google afbeeldingen aan, want de onze zijn wat mislukt door de mist) vanuit de Noordelijke Drakensbergen en voor de ‘Giants cup trail', een 5-daagse trekking vertrekkend in de Zuidelijk Drakensbergen. Beide opties waren prachtig! Wel werd onze wandelvreugde wat getemperd door de panische angst voor slangen. Er zijn namelijk een aantal zeer giftige slangen in Drakensbergen, waaronder de pufadder en de groene en zwarte mamba. Dankzij een zeer mooi verhaal over een bijna geamputeerd been na een slangenbeet door een pufadder, een dag voor we naar Zuid-Afrika zouden vertrekken, waren we toch wel zeer paranoia (hierbij worden de verhaalvertellers, M en S genaamd, hartelijk bedankt :-)). De Zuid-Afrikanen hebben ons goed uitgelachen met onze angst. ‘Wat, zijn er geen dodelijke slangen in Europa?', lachte de bankbediende in Pretoria. Alsof ze het over koeien had! Blijkbaar eist de bliksem jaarlijks meer doden dan de slangen. Onze focus lag dus compleet mis ;-) Uiteindelijk hebben we geen slangen gezien (of toch misschien ééntje, Muriel was ervan overtuigd dat het kleine geel-wit-gestreepte wormige geval met grote zekerheid een baby-slang was. Nu goed, misschien had ze wel gelijk, want zoals jullie allen weten, denkt zij ten slotte af te stammen van de vikings, en is haar overlevingsinstinct van ongekende grootte-orde). De Giants cup trail was zeer mooi en beschikt over redelijk goed uitgeruste hutten onderweg. Wel jammer dat je constant op dezelfde hoogte blijft en daardoor geen afwisseling hebt in vegetatie. Nog jammerderder was het feit dat we deze trekking alleen deden. Na een zeer angstige nacht alleen in de tweede hut, waar we onze deur met een stapelbed hadden gebarricadeerd, onze kookpot al tot toilet hadden omgedoopt (gelukkig zonder deze te moeten gebruiken) en waar we er bij elk geluid van overtuigd waren dat de overvallers al aan de deur stonden (dit vooral dankzij opnieuw horrorverhalen, deze keer van een Zuid-Afrikaan die ons pad had gekruist), hebben we besloten de tocht sneller af te breken.

Na Drakensbergen volgden de Wild Coast en de Garden route. Allebei prachtig! Vooral de weg (de R62) doorheen de ‘kleine karoo', een prachtig uitgestrekt semi-woestijn landschap en het Nationaal park ‘Tsitsikamma' waren zeker de moeite.

Tot slot volgden de prachtige wijnvelden ter hoogte van Stellenbosch en Franschhoek, en als finale bestemming hadden we Kaapstad en omgeving. Toppers hier waren de Tafelberg en het natuurpark ‘Kaap de goede hoop'. Na een eerdere golfsurfles in Chintsa, waren we van plan dit te herhalen in Muizenberg, een plaats bekend voor zijn golven, dicht bij Cape Town. Door het haaien-risico is deze les echter niet doorgegaan. De rode vlag hing uit in Muizenberg en Fish hoek nadat een haai was gesignaleerd. Grappig en bizar hoe je daar aan de kust borden vindt met een aantal regels om het risico op een ‘shark encounter' te verminderen. Tijdens ons verblijf lazen we in de krant dat een man zijn been was verloren na een shark attack. Waren het niet de slangen die ons angst aanjoegen, dan waren het wel de haaien! Wat zijn we blij met een landje zoals België waar geen gevaarlijke dieren rondlopen of -zwemmen!

Onze reisgezel was een ruime toyota corolla, die binnen de kortste keren was omgetoverd tot stort en wasserette. Nat wasgoed versierde onze zetels en dashboard dagelijks. Dat wassen dagelijks nodig was, bleek al snel, gezien er na een paar dagen slechts twee van mijn onderbroeken overbleven (waarvan eigenlijk één totaal nutteloos was gezien de gaten-oppervlakte groter was dan de lap stof zelf, gelukkig kreeg ik van mijn immer gulle vrouw nieuwe onderbroekjes op het einde van de reis). We hebben de hele weg van Pretoria tot aan Cape Town, toch goed voor zo'n 5000km, gereden. In het terugkeren hebben we een vlucht genomen van Cape Town tot Johannesburg. De wegen in Zuid-Afrika zijn uitstekend (op de paar potholes in het oosten van het land na) en het rijden ging zeer vlot, mede door de prachtige uitzichten onderweg en onze schitterde begeleidende Zuid-Afrikaanse CD. Het links rijden was in het begin wat wennen. Voor Muriel bleef het echter wennen ;-) (sorry schat!) met af en toe wat rechts rijden en het blijven richting aangeven met de ruitenwissers in plaats van de pinkers J. Ondanks het zeer hoge verkeersongevallen-mortaliteitscijfer in Zuid-Afrika waren we eigenlijk vooral getuige van hoffelijke chauffeurs. Zo zal de auto voor je op de pechstrook rijden als je wenst in te halen of doe je hetzelfde omgekeerd. Dit maneuver wordt steeds bedankt met het flikkeren van de lichten. Op een kruispunt geldt het principe ‘first comes, first serves'. Dit werkt verbazingwekkend goed! Zouden ze in Rwanda ook eens moeten proberen. Onze CD met Zuid-Afrikaanse hits was onze trouwe vriend tijdens de vele uren in de auto. Op het einde brulden we de teksten mee, of wat we dachten dat de teksten waren en hadden we een eigen vertaling gevonden voor de vaak bizarre teksten. Onze favourit was ongetwijfeld ‘Loslappie' van Kurt Darren. Luidkeels zongen we mee met Kurt!

‘O ek wil huistoe gaan na mamma toe
Die rivier is vol my trane rol
‘n Bokkie wat vanaand by my wil lê
Sy kan maar Iê, ek is 'n loslappie

Ek wens ek het vlerke soos ‘n engeltjie
Dan vlieg ek deur die tronk se tralies heen
Dan vlieg ek na die arms van my moeder
En daar sal ek bly tot die dood'

(lê= liggen, loslappie= iemand die met iedereen in bed zou kruipen, bokkie= schatje, beide geslachten)

Baie mooie musiek! Als de tijd en interesse er zijn, moet je dit zeker eens beluisteren op youtube!

Zuid-Afrikanen zijn blijkbaar zot van schlagers, de rekken van de muziekwinkels liggen er vol van. Goed nieuws trouwens voor onze vlaamse zangers/essen, zo is Dana Winners bijvoorbeeld superhot bij de oudere populatie in Zuid-Afrika :-)

En dat brengt ons bij het Zuid-Afrikaans dat we meer en meer hoorden richting Kaapstad. Wat een schitterende taal is dit! Als de taal traag wordt gesproken, is het mogelijk bijna alles te verstaan. Grappig hoe je in een ander continent de straatnamen, richtingaanwijzers, borden met regels,... verstaat.

Dat leidt ons dan weer naar de inwoners van het land. De Zuid-Afrikanen zijn zeer hartelijk en vriendelijk. Zowel blank als zwart. De eerste dag in Pretoria vroeg de zwarte bankbediende (een man) waarom we naar Zuid-Afrika kwamen voor een Rwandees visum. Na mijn vage ontwijkende uitleg te hebben aanhoord, en ons even te hebben aangekeken, repliceerde hij: ‘ah jullie zijn een koppel'. We vielen bijna achterover. Ondenkbaar in Rwanda.

Bij de blanke Zuid-Afrikaan hoor je heel wat negatieve verhalen over hun zwarte landgenoot. Op zich racistisch maar wij kunnen daar niet over oordelen. Als je huis verschillende keren is leeg geroofd, je auto is gestolen, je werkt en belastingen betaalt voor al die miljoenen mensen die werkloos zijn, dan denk je waarschijnlijk anders, neen? Als we één iets geleerd hebben, is het dat er een bijzonder moeilijke relatie is tussen zwart en blank in Zuid-Afrika. De meeste zwarten wonen in townships. De blanken wonen uiteraard in residentiële buurten. Het contrast kan niet groter. De armoede niet erger. Er is langs beide kanten ‘racisme'. De zwarten willen terug wat van hen is. Begrijpelijk na dergelijke geschiedenis. Maar de blanke hoort ook thuis in Zuid-Afrika. Het land behoort toe aan mensen van totaal verschillende origine, maar toch zijn ze allemaal Zuid-Afrikanen. Moeilijk.

Om op de negatieve verhalen terug te komen: de criminaliteit is er wel degelijk aanwezig, getuige de kranten en het nieuws, maar daar hebben wij niets van gemerkt. 99% van de criminaliteit zou plaatsvinden in de ‘townships' en daar kom je als toerist eigenlijk niet. Wel hebben we ons uiteraard aan een paar basis-regels gehouden zoals het niet op straat komen na zonsondergang indien dit wordt geadviseerd (zoals in Pretoria in bepaalde buurten), het trachten bereiken van onze bestemming voor donker, het niet laten slingeren van kostbare zaken in de auto, het niet openlijk dragen van kostbare juwelen (niet dat dit zowiezo al een optie zou zijn :-))... Met veel medelijden lieten we trouwens altijd de vele liftende vrouwen langs de weg staan. We konden ons zeer moeilijk voorstellen dat zij, natgeregend en met een zogende baby op de schoot, een zeer groot gevaar zouden vormen voor onze veiligheid. Maar we mochten geen lifters meenemen, nooit nooit nooit, zo werd ons meermaals op het hart gedrukt. Tja... misschien terecht... maar toch voelde het soms wat aan als een sterk gecultiveerde angst... Maar goed, zoals gezegd, wij waren maar toeristen, dus we kunnen ons misschien geen volledig beeld vormen van de realiteit.

En hierbij komen we aan het einde van ons reisverslag...

Zuid-Afrika is een absolute aanrader. Het land heeft heel wat te bieden, en dit aan een (voor Afrika) redelijke prijs en op een aangename en toegankelijke manier. Wel hoorden we van vele reizigers ter plaatse dat ze in Zuid-Afrika het ‘Afrika-gevoel' misten. Voor ons was een uitsgestrekt savanne-landschap met olifanten en leeuwen nochtans zeer Afrikaans aanvoelend. Maar we verstaan wel wat andere mensen bedoelen. Het gevoel ondergedompeld te zijn in Afrika, rondrijden met de brommer door typisch Afrikaanse wijken, getuige zijn van de bedrijvigheid en chaos, overal en altijd aangestaard worden, ge-muzungu'd worden door kindjes... Dat heb je niet in Zuid-Afrika. Maar wel in Rwanda. Een mens zou er bijna nostalgisch van worden.

Voor de mensen smachtend naar nog meer leesvoer of voor de geïnteresseerden, volgen hier wat tips ivm reizen in Zuid Afrika en ons gedetailleerd reisverslag.

Tips:

  • Wij hebben een auto gehuurd bij ‘Sunny Cars'. Er is een groot aanbod aan verhuurbedrijven in Zuid-Afrika. Bij alle maatschappijen zul je min of meer dezelfde tarieven en voorwaarden vinden. Wij kozen voor ‘Sunny Cars' na het lezen van heel wat positieve commentaar in verschillende reisverslagen op de site http://www.wegwijzer.be/. Wij betaalden 700 euro voor 3,5 weken inclusief een GPS, all in verzekering en tweede chauffeur. Wij kregen hiervoor een prachtig witte toyota corolla. De wegen in Zuid-Afrika zijn zeer goed en meestal in perfecte staat. In het Oosten van het land zijn er wel af en toe grote ‘potholes' maar die staan goed aangekondigd. Houd bij het uitrekenen van de afstanden rekening met wegenwerken, vooral in het oosten van het land. Over het algemeen heb je geen 4x4 nodig om in Zuid Afrika rond te rijden. Slechts een paar keer belandden wij op een gravel road in slechte staat. Enkel voor de Sani-pass, een aantal delen van de ‘Wild Coast' en bepaalde Nationale Parken heb je een 4x4 nodig. Krüger bijvoorbeeld was perfect te doen met een gewone auto.
  • Het is absoluut niet nodig om voor een georganiseerde reis te kiezen. Zuid-Afrika kan je perfect alleen doen! Tenzij je uiteraard kiest voor het gemak van een organisatie, dat is iets anders.
  • Wellicht onze belangrijkste tip luidt ‘laat je niet afschrikken door alle horrorverhalen ivm de criminaliteit in Zuid-Afrika'. Zowiezo is er weinig kans om hiermee in aanraking te komen als je je niet temidden van de townships gaat begeven. En het overige risico reduceer je door je gezond verstand te gebruiken en de adviezen van de lokalen in acht te nemen.
  • Wij zouden dagwandelingen (of tweedaagse tochten) aanraden in Drakensbergen, en geen langere tochten, gezien je al na enkele honderden meters stappen omgeven bent door mooie natuur, en gezien meerdaagse tochten niet echt een meerwaarde hebben (doordat het niet mogelijk is om enkele duizenden meters te stijgen en op die manier in een totaal ander landschap terecht te komen zoals bijvoorbeeld in ons voor eeuwig en altijd lievelingsland NEPAL).
  • Een tent meenemen kan handig zijn. In bijna elke lodge/guesthouse bestaat er ook de mogelijkheid om te kamperen. Zo ben je dus altijd van een slaapplaats verzekerd, wat wel handig is als je niet van het op-voorhand-hotels-boeken-type bent. Overal waar we toekwamen, was wel nog slaapplaats vrij, maar soms enkel in een dorm. En wij zijn dan weer absoluut niet van het dorm-type:-) Er zijn ook altijd volledig uitgeruste keukens ter beschikking. Een tent is zowiezo wel handig als je van plan bent om in de bergen te trekken.

Reisverslag:

14/09/2011: Vlucht Kigali-Johannesburg. Nacht in Pretoria.

15/09/2011: Pretoria & aanvraag Rwandees visum indienen.

16/09/2011: Rit naar Sabie.

17/09/2011: Daguitstap naar Blyde river canyon langs de panoramaroute, vanuit Sabie.

18/09/2011: Rit naar Krüger National park, via ‘Numbi gate', overnachting in ‘Lower Sabie'.

19/09/2011: Dag in Kruger National park, overnachting in ‘Olifants rest camp'.

20/09/2011: Krüger verlaten via de ‘Phalaborwa gate', rit naar ‘Nelspruit'.

21/09/2011: Rit naar het Noorden van Drakensbergen. Overnachting in ‘Amphitheatre Backpackers' dichtbij Bergville.

22/09/2011: Dagwandeling naar het ‘Amphitheatre'.

23/09/2011: Rit naar Zuidelijk Drakensbergen. Nacht in ‘Sani Lodge' in Underberg.

24/09/2011: Start ‘Giants cup trail'.

25/09/2011: Lange dag. Dag 2+3 van de Giants cup trail gecombineerd.

26/09/2011: Dag 4 van de trail gewandeld. Ons laten ophalen in ‘Garden Castle'. Nacht in ‘Sani Lodge' in Underberg.

27/09/2011: Gelift naar de ‘Sani Pass'. Nacht in Underberg.

28/09/2011: Rit naar de Wild Coast. Geslapen in Chintsa.

29/09/2011: Golfsurfles in Chintsa.

30/09/2011: Rit naar Jeffrey's Bay. Onderweg lunch in Grahamstown.

1/10/2011: Sandboarden in Jeffrey's Bay.

2/10/2011: Door regen vertrokken naar Nature's Valley. Geslapen in ‘Wild spirit lodge'.

3/10/2011: Dagwandeling in Tsitsikamma NP (eerste dag van de bekende ‘ottertrail', vanuit ‘River's mouth'. Nadien doorgereden via Knysna en Wilderness naar Oudtshoorn.

4/10/2011: Via de prachtige R62 in de ‘Kleine Karoo', met tussenstoppen in Calitzdorp en Montagu, doorgereden naar Stellenbosch.

5/10/2011: Wine Estates verkend en wijnproeverij met fiets en auto. Nacht in Stellenbosch.

6/10/2011: Museum en stad Stellenbosch bezocht. Rit via Franschoek en wijnproeverij, naar Kaapstad. Bij zonsondergang naar de Tafelberg.

7/10/2011: Verkennen van Kaapstad (Waterfront, district 6 museum), Rit en tussenstoppen langs de kust, vanaf Sea point, langs Clifton, Camps Bay, Hout Bay, via Chapman's peak, Noordhoek naar Kommetjie. Daar geslapen.

8/10/2011: Surfles niet doorgegaan wegens haai-risico. Verkennen van Simon's town, boulder's beach met African pinguins, naar ‘Cape of Good hope nature reserve'. Geslapen in Kommetjie.

9/10/2011: Via Kalkbay naar Hermanus gereden voor whale watching. Nacht in noorden van Cape town.

10/10/2011: Vlucht naar Johannesburg.

11/10/2011: Rwandees visum afhalen + shoppen.

12/10/2011: Vlucht Kigali.

Heel veel kusjes!

Meerle